Deze eenheden bestonden uit een aantal Britse tanks en een aantal gemotoriseerde eenheden. Wanneer deze tankeenheden hun eerste salvo's lossen op de Duitse troepen aan de overzijde worden zij al vrij snel zelf zwaar onder vuur genomen. Al vrij snel sneuvelt een eerste Britse soldaat in een mitrailleurpost naar de overzijde van het kanaal gericht.
Ongeveer rond ditzelfde tijdstip nemen de Poolse eenheden hun kantonnement in ter hoogte van het centrum van Gent waar ze de op dat moment aanwezige Britse troepen vervangen. Het 9e Bataljon van de 3e Infanteriebrigade neemt stelling aan de lijn gevormd door Westerbegraafplaats, de Grensstraat en de Maisstraat. Zij krijgen steun van een eskadron van het 1e anti-tankregiment en 2 secties van de 10e Compagnie Genie omdat men vreest voor landmijnen in de regio van de wijk Kolegem te Mariakerke. Hun 8e Bataljon bezet de aangrenzende zone tussen de Maisstraat, de Buitensingel en de Wiedauwkaai. Aan de zuidkant van de Brugse Vaart en in het centrum van Mariakerke ligt een verkenningspeloton en een sectie mortieren. Hun 7e Bataljon bezet het stadscentrum en de grote hoofdwegen naar Gent toe.
Al vrij snel komen de voorste stellingen van het 9e Bataljon onder vrij hevig Duits mortier en artillerievuur te liggen.
Rond 17u wordt een motorrijder van de Duitse Gestapo gevangen genomen. Deze deed dienst als artilleriewaarnemer en speelde systematisch de posities van de geallieerde troepen door aan de Duitse artillerie. De vangst moet nuttig zijn geweest want na zijn gevangenneming, minderde het vuren en de accuraatheid van de Duitse artillerie aanzienlijk.
Dinsdag 12 september 1944
In de ochtend wordt aan het 8e en 9e Bataljon van de 3e Infanteriebrigade de opdracht gegeven het gebied tussen de spoorweg (zuidoostelijk van wijk Kolegem) en de nabijgelegen Lieve te verkennen en te zuiveren van eventuele Duitse aanwezigheid. Daarna zou worden doorgetrokken op de sterk verdedigde lijn rond de Groenstaakstraat (Mariakerke) en Botestraat (Wondelgem) om zo ook alweer gans Mariakerke in handen te krijgen.
Bij de eerste zuiveringen ten zuiden van Kolegem, trekken de Duitsers vrij vlot terug op de stellingen rond de Groenestaakstraat en de Botestraat. Ook de Poolse troepen wisten dat die regio sterk verdedigd was en moeilijk te bevechten zou zijn omdat hij volledig ingesloten zat tussen huizen en kasteeldomeinen. Daarnaast waren er hier en daar zelfs mijnenvelden en versperringen aangelegd. Doe daar nog eens de bunkers bij die vooral werden gebouwd rond de Groenestaakstraat en de Botestraat, en je krijgt een lastige terreinsituatie om gezuiverd te krijgen. Er wordt geïnformeerd om rond 16u opnieuw luchtsteun te kunnen verkrijgen door middel van Typhoon jachtvliegtuigen.
De aanwezige geallieerde troepen trekken zich veiligheidshalve opnieuw terug tot achter de spoorlijn om niet het risico te lopen zelfs onder geallieerd vuur te komen liggen. Op de eigen stellingen worden vaak zwarte doeken bevestigd met daarop oranje cirkels opdat de geallieerde jagers zouden zien dat het om bevriende stellingen gaat.
De Duitsers bemerken echter direct het terugtrekken en bezetten zo goed als direct het door de geallieerden opnieuw verlaten terrein.
Rond 12u wordt een voorpost aan de spoorwegovergang met de Eeklostraat al opnieuw door Duitsers bedreigd. De Duitse aanvallers kunnen afgehouden worden met geallieerd mortiervuur. De 1e Compagnie was al sterk verzwakt uit de gevechten van de dag voordien te Aalter. Toch weten ze stand te houden en zelfs enkele Duitsers gevangen te nemen. |